Regio - Handhaving coronamaatregelen in Gelderland-Zuid
Op 13 januari hebben de 14 burgemeesters van de Veiligheidsregio Gelderland-Zuid overlegd over de stand van zaken rond corona. De burgemeesters steunen unaniem de motie van een aantal gemeenten (Breda, Zwolle, Apeldoorn, Oude IJselstreek, Deurne, Sittard Geleen, Nijmegen, Oss en de 22 burgemeesters van de Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland) die vandaag tijdens de ledenvergadering van de Vereniging Nederlandse Gemeenten aan de orde komt.
In deze motie wordt het kabinet opgeroepen te bekijken onder welke voorwaarden de samenleving weer open zou kunnen en wordt opgeroepen een langetermijnvisie op coronabestrijding te ontwikkelen, ervan uitgaande dat het coronavirus voorlopig in Nederland blijft. De voorzitter zal dit standpunt vanavond ook in het Veiligheidsberaad in aanwezigheid van de ministers van Volksgezondheid en Justitie en Veiligheid inbrengen.
Handhaving
Al vanaf het begin van de coronpandemie geldt in Gelderland-Zuid het beleid dat handhaving erop gericht moet zijn de verspreiding van het virus zoveel mogelijk te beperken. Uitgangspunten hierbij zijn informeren, waarschuwen en opmaken van proces-verbaal, maar niet noodzakelijkerwijs in die volgorde. Bij evidente en willens en wetens gepleegde overtredingen wordt direct opgetreden. Ook kan er bestuursrechtelijk worden gehandhaafd. Deze lijn zal voortgezet worden. Momenteel is ondanks de veelgehoorde roep om versoepelingen nog niet bekend wat het kabinet op vrijdag 14 januari zal besluiten. Wel hebben de burgemeesters afgesproken de geldende maatregelen te blijven handhaven volgens bovenstaande lijn.
Hubert Bruls, voorzitter van de Veiligheidsregio Gelderland-Zuid: “De burgemeesters horen de roep vanuit de samenleving over versoepeling en hebben hier alle begrip voor, of het nu gaat om ouderen, studenten, winkeliers, sport, horeca, cultuur of welke sector dan ook. Vandaag wordt hierover in de ledenvergadering van de Vereniging Nederlandse Gemeenten ook gesproken. Wij brengen deze roep zeker ook over aan het kabinet. Tegelijkertijd zijn wij handhavers van wet- en regelgeving, en zullen wij dus hetgeen na 14 januari in Nederland als regels geldt, handhaven. En dat doen we zoals we dat altijd hebben gedaan; met begrip voor de situatie, in overleg en alleen bij bewuste en evidente overtredingen treden we op.”