Direct na de rellen zijn er in eerste instantie 14 mensen aangehouden. Later zijn er, onder andere na het tonen van beelden van de relschoppers, nog 30 personen aangehouden. Op 30 mei 2016 moeten zeven van hen zich verantwoorden voor de meervoudige kamer in Arnhem. Een van hen wordt verdacht van zware mishandeling, de anderen van openlijke geweldpleging en het verstoren van de raadsvergadering.

 

Op 13 en 16 juni 2016 moeten 20 personen voor de politierechter in Arnhem verschijnen. De meeste van hen (18 personen) wegens openlijke geweldpleging. Een man wordt verdacht van het telefonisch bedreigen van een raadslid en een man van belediging van een ambtenaar in functie.

 

Zes verdachten zijn minderjarig en moeten op 10 juni 2016 voor de kinderrechter (enkelvoudige kamer) in Arnhem komen. Ook zij worden verdacht van openlijke geweldpleging. De zittingen bij de kinderrechter zijn achter gesloten deuren en kunnen dus niet worden bijgewoond.

 

Vijf verdachten hebben een transactie aangeboden gekregen van de officier van justitie. Zij kunnen deze boete betalen en dan is de zaak afgedaan. Zijn ze het niet met de boete eens en/of betalen ze niet dan komt de zaak alsnog voor de rechter. Het gaat bij deze vijf om het voorhanden hebben van een wapen en/of het opsteken van de middelvinger richting een verbalisant.

 

Voor zeven verdachten is de zaak geseponeerd door de officier wegens onvoldoende bewijs, het onterecht aangehouden zijn of omdat er sprake was van een gering feit. Dat betekent dat zij geen verdachten meer zijn en de aanhouding voor hen geen gevolgen meer heeft.

 

Direct na de rellen is er aangifte gedaan tegen de politie door een vrouw die gewond is geraakt tijdens het politieoptreden die avond. Het onderzoek naar wat er precies is gebeurd loopt nog.